Lodewijk van Iwaarden van Gemeente Noord-Beveland

In de serie ‘Dit doe ik!’ brengen we het werk van VRZ-collega’s in beeld. Deze keer maken we een uitstapje naar de gemeente. Lodewijk van Iwaarden is namelijk senior beleidsadviseur in de gemeente Noord-Beveland en treedt van daar uit op als adviseur openbare veiligheid (AOV’er). Hij is vanaf het begin betrokken bij Bevolkingszorg zoals die nu is georganiseerd. Daarnaast is hij bestuurlijk adviseur voor het BAO (het bestuurlijk afstemmingsoverleg tussen gemeenten en VRZ) en betrokken bij meerdere projecten, zoals bluswatervoorziening en de (lokale) uitwerking van Maatwerk in brandweerzorg. Tijdens incidenten treedt hij op als Officier van Dienst Bevolkingszorg.

Wet Veiligheidsregio’s

Toen ik bij de gemeente begon, was het wettelijk nog zó geregeld dat iedere gemeente haar eigen rampenplan en –organisatie had. De komst van de Wet Veiligheidsregio’s hebben we in Zeeland benut om de gemeentelijke crisistaken gezamenlijk op te pakken, onder de naam Bevolkingszorg.   De Zeeuwse gemeenten zijn niet zo groot, dus bij een flink incident hebben we elkaar hard nodig.

Iets moois neerzetten

Het werk voor Bevolkingszorg is voor mijn collega’s bij de gemeenten een nevenfunctie naast hun dagelijks werk, een soort vrijwilligerswerk. Degenen die zich hiervoor hebben aangemeld zijn ingedeeld in regionale teams, bijvoorbeeld bij Crisiscommunicatie, Opvang of Milieu. Bevolkingszorg is in iedere gemeente inzetbaar. Kwalitatief hebben we een grote slag gemaakt de afgelopen jaren. We hebben laten zien dat we iets moois kunnen neerzetten. Dat doen we overigens niet alleen, maar samen met de hulpdiensten en onze partners, zowel publiek als privaat. Neem bijvoorbeeld de grote brand, vorig jaar in een hotel. Bijna 200 mensen moesten vanwege de brand elders worden ondergebracht. Het hotel neemt hierin zelf het voortouw, Bevolkingszorg ondersteunt hier samen met brandweer, ambulance en politie bij. 

Door ervaring en opleiden en oefenen hebben we een helder beeld wat van ons wordt verwacht en wat we kunnen bieden aan zorg voor de bevolking. We haken aan bij de multidisciplinaire oefeningen, door daar een eigen oefening Bevolkingszorg aan te koppelen. Het is niet altijd makkelijk om in ieders behoefte te voorzien. Het vergt een behoorlijke tijdsinvestering en wat de één een geweldige en leerzame oefening vindt, vindt de ander minder. Dan heb je nog verschillen in ervaring. En je bent afhankelijk van aanbieders van trainingen of oefeningen. Daarin merk je dat we in Zeeland al een tijdje op pad zijn met Bevolkingszorg en landelijk misschien wel tot de voorhoede behoren.

Drijvende kracht

Regelmatig heb ik overleg met mijn collega AOV’ers in Zeeland over de voorbereiding van Bevolkingszorg op de ‘warme fase’.  We wisselen ervaringen uit en bespreken hoe we onze Bevolkingszorg collega’s betrokken en enthousiast kunnen houden. Ik zie het als één van mijn taken als AOV’er om daar de drijvende kracht achter te zijn. Dat enthousiasme kan je bereiken door mensen regelmatig te zien en te spreken.

Samenwerken

Mijn ervaring is dat het sowieso enorm belangrijk is om elkaar goed te kennen. De mensen waarmee je regulier samenwerkt, hebben vaak ook een crisisfunctie. Het werkt tijdens een incident zoveel fijner als je weet wie je tegenover je hebt. Ze zeggen wel eens dat twee dingen belangrijk zijn tijdens crisisbeheersing: kennis en kennissen. Dat is wat mij betreft absoluut waar! Je ziet aan de hand van een aantal projecten dat gemeenten en veiligheidsregio naar elkaar toe zijn gegroeid, door vanaf het begin integraal samen te werken. Uiteindelijk is VRZ een verlengstuk van de gemeenten. En staan we allemaal voor hetzelfde: een veilig Zeeland.